WEDERGRATE 239 E , vanaf 82ste tot 98
Voogd paterneel : Geeraert Vande Velde
Voogd materneel : Peeter D'auwe
Voogden over de minderjaerige weesen achtergelaeten by wijlent Joannes Roosens
in de presentie van Sr. Judocus Vander Stockt burgemeester ende Jan Courteaux op
den 10.09.1788
Staet ende inventaris van goeden in baete
ende commers die midts desen maeckt Petronella D'Hauwe als hauderigge ten
sterfhuyse van Joannes Roosens fs. Pauwels overleden in Denderwindeke op
26.12.1788 en
achtergelaeten hebbende seven kinderen met naemen :
Livinus Roosens bij competenten ouderdom
Pauwel Roosens sijn selfs bij huwelijcken staet
Pieter Roosens oudt 21,5 jaar
Jacobus oudt 18 jaar
Joanna oudt 15,5 jaar
Maria Theresia oudt 13 jaar
Jan Baptiste oudt 9,5 jaar
1ste capittel : den erfgrondt van den overledenen
1°) partije lant op den Dasput
- oost de straete
- zuijt Geeraert Vander Velde
- west Sr. Judocus Vander Stockt
- noort Judocus Willems
en is belast met het derde van een veertel aen den Baron van Wedergraet groot 48
roeden
2°) partije lant op den Grooten Cortenbosch
- oost Judocus Willems
- suyt het cautergat
- west Geeraert Vande Velde
- noort Peeter Van Assche
belast met het derde van een veertel ( ? , slecht leesbaar ) sjaers aen den heere van Santbergen groot 78 roeden 13 voeten en 1/3de
3°) partije lant genaempt sNaeijers stede
- oost Geeraert Vande Velde ( tussen haakjes hier vermeld : immers Judocus
Willems )
- zuijt de straete
- west den voetweghe
- noort aen desen voetwegh
belast met het derde part een 2 veertels haver , 2 veertels tarwe en eenige cappoenrente sjaers aen den heere van Wedergraet groot 85 roeden 10 voeten
Samen : 212 roeden 3 voet en 1/3de voet
2de capittel : anderen erfgrondt staende huwelijck geconquesteerd
1°) bij coope van den overleden vader Paiwel Roosens en sijne
huysvrouwe Anna Cecilia De Brackenier de behuijsde hofstede binnen de prochie
van Denderwindicke ( zo schrijf men het ! ) int gehuchte
Pijebeeke
- oost d'abdije van Vicoignien
- suyt Adriaen Buydens
- west de straete
- noort Judocus Willems is groot 90 roeden
( accepteert als conquest )
2°) een partije meersch genaempt den Droogeweede binnen de
prochie van Denderwindicke
- oost de weduwe en hoors Peeter Cools
- suyt s'Heerenveldeken
- west den keijtse
- noort de beeke
gekocht van heer ende meester Franciscus T'Kindt pastor van Santberghen is groot
182 roeden 12 voeten
3°) Noch een partije landt binnen dese prochie op den
Kortenbosch
- oost Hendrick Van Kauwelaert
- suijt den vijvermeersch
- west Peeter Assé
- noort Joannes Buijdens
is groot 60 roeden 18 voeten
3de capittel inhoudende d'edificien van huijsinghen ende al het voordere haeffelyck ende meubilair voordeel van desen sterfhuyse
1°) de edificien van huijsinghen staende op de hofstede van 2de capittel bestaende in een keuken , eenen voorvloer , een camerspinde en kleijn kamerken , eenen coeijstal , voorts een schuere , eenen winckel , eenen deschvloer , stalleken daer aen en verckenskoten daer inne midtsgaders eenen backhoven al gepresen door Adriaen Van Vreckem Meester timmerman soo over den timer als stroijstdack ende Geraert Vande Velde vooght als Meester meijtser volgens acte prijsije alhier op den 9de augustus 1788 : 460 guldens 18 stuivers
2°) het importe van alle de meubilaire effecten bestiaelen veltvruchten vervoethede ende naerprijs in de landen boomen ende hautwasch ten desen sterfhuyse gepresen door Jan Baptiste Van Oudenhove gesworen pryser en costumier ter assistentie ende volkoemen appaisemente van dhoors hun selfs ende voogden : 841 guldens 12 stuivers 2 schellingen
3°) wat aengaet de cleederen ende leijnwaerten van d'hauderigge : voor memorie
4°) de contante penninghen beloopen de somme van 2 guldens 14 stuivers
5°) item int goet aen den Armen van Denderwindeke als den overledene officier is geweest een paer schoenen : 2 pond 8 schellingen
6°) int goet van Anna Cecilia Roosens over tsaeijen van leijnsaet op den grondt van desen sterfhuijse ten jaere 1787 : 8 guldens
7°) aen de selve over 2 veertels leijnsaet : 6 guldens
Totale somme van haeffelyck voordeel is 1231 guldens 12 stuivers 2 oorden
4de capittel : COMMER EN LASTE VAN DESEN STERFHUYSE
1°) de funeraire rechten van den overledenen :
- over de kerckelyke
diensten 21 guldens
- over het afleggen 12
stuivers
- over den lichter 3 guldens
compt tsamen 24 guldens 12 stuivers
2°) aan Martinus Roosens over t'waslicht noch debet 12 guldens ende tot vinden recompentie dobbel : 24 guldens
3°) aan Anna Cecilia Roosens over geleent geldt : 53 guldens 11 stuivers
4°) aen het hospitael van Ninove over 2 jaeren landtpacht tleste verschenen Kerstavont 1788 : 42 guldens
5°) aen Anna Cecilia Roosens over 3 jaeren pacht tleste te verscheijnen als voren : 39 guldens
6°) aen den vought Geeraert Vander Velden over 3 jaeren pacht tleste Kerstavont 1788 : 12 guldens 19 stuivers 2 oorden
7°) aen Jan Baptiste Vander Velden over geleent geldt : 13 guldens
8°) aen Joanna Vander Velden over geleent geldt : 41 guldens
9°) aen Jan Bruijlant over 2 jaeren opleght van mangelpacht tot 6.6 verminderd met 1.8 is 4 guldens 18 stuivers
10°) aen den ontfanger De Wolf over settinge op Denderwindeke van 1788 : 24 guldens ( red. : settinghe = zetting , belasting )
11°) aen de abdije van Vicoignien over 2 jaeren schoofrecht : 3 guldens 10 stuivers
12°) aen heere baron van Wedergraet over heerlycke renten tot en met 1788 : 7 guldens 18 stuivers
13°) aan den Armen van Outer over een personele obligatie van 300 guldens courant geldt die croyseert op 3 guldens 15 stuivers par cento ( dus geleend aan 3,75% , red. ) compt met 2 guldens 16 stuivers 1 oord sedert meije 1788 tot : 302 guldens 16 stuivers 1 oort
14°) item alhoewel datter staende huwelijck over oplegh wegens s'hauderiggen goederen is ontfangen van haeren broeder ende suster Joanna ende Peeter D'Hauw de somme van 305 guldens 3,5 stuivers soo bewijst de cavelinghe van haere hauders ( hauders : lees ouders , red. ) van date 9 april 1768 doch volgens rapport van den vought materneel in desen wort verthoont dat onder de selve cavelinge is mede vercavelt in weerde van huysinghen boomen ende prijs van amelioratie naer respectieve opneminghe om 806 guldens compt in vijf delen voor elcken hoir aldaer tot 161 guldens 4 stuivers waer toe den overledenen mede was gerecht dus tselve gededuceert van den voorste geheelen oplegh cavel resten den genoten opleght tot 143 guldens 19,5 stuivers om dhauderigge over desen selven oplegh van grondt te recompenseren brenght men de selve somme alhier thaeren proffijte voor gemeene schuldt : 143 guldens 19,5 stuivers
15°) aen dhouderigge voor recompentie over datter staende
huwelyck van haere sijde is vercocht de 2 volgende partijckens te weten :
- aan Peeter D'Hauwe tot 8
roeden meersch binnen Santbergen voor 16 guldens
- aen Adriaen Van
Oudenhove tot 53 roeden lants te Roost voor 58 guldens compt tsamen : 74 guldens
16°) Item schuldich aen Geraert Van Cauter over geleent gelt : 11 guldens
17°) aen costumier J.B. Van Oudenhove : 5 guldens 16 stuivers
18°) over de vacatie van den heere bailliu met afnemen van 3 eeden : 1 gulden 8 stuivers 2 oorden
19°) over de gonne van Burgemeester ende schepenen : 1 gulden 4 stuivers
20°) over de gonne van den griffier : 1 gulden 4 stuivers
21°) over den seghel tot dese met applicatie : 3 guldens
22°) over de acte vooghdije met segel : 1 gulden 3 stuivers
23°) aen den griffier over de registratum deser met jet maecken costen : 6 guldens
24°) devoeren van den officier : 8 stuivers
Commers : 827 guldens 18 stuivers 1 oord
Baeten : 1321 guldens 12 stuivers 1 oord
Dus als overschot : 493 guldens 14 stuivers 1 oord
Aldus gedaen in extraordinaire vergaderinghe den 10.08.1788
Present : J.B. Vander Mijnsbrugghen
Jan Courteaux
J. V. D. Stockt
Peeter De Boeck
IV ) HAEFFELYCKE GOEDEN
1) E.H. staende op 210 roeden hofstede komend van de sijde van de houder
bestaende in een nieuw getimmert huys gepresen door Adriaen Van Vrechem meester
timmerman en prijser van stiele op de somme van 417 R 7 S en hier in ligghende
waarde : 278 R 4 S 3 O
2) M.B. : 293 R 16 S
3) V.H. : 71 R 8 S 2 O
4) de venditie van de cleederen en lijnwaerten van de overledene gedaan door
Francis De Quick officier en dit sonder het ontvangen wijngelt en na deductie
van de tantiesme van de collecteur : 53 R 18 S 2 O
5) tegoet van diverse personen over verkoop van vleesch volgens het handboeck :
2 R 12 S
6) de contante penningen : 26 R 11 S
7) 2 gouden ringen van de overledene : 10 R 5 S
8) de juwelen en cleederen en lijnwaerten van de overledene zijn gehouden voor
zijn rouw behalve de meerwaarde : 7 R
Som van dit capittel : 743 R 15 S 3 O
V ) KOMMERS
1) de uitvaart : 26 R 3 S 1 O
2) een obligatie aan Pieter Joannes Lemmens tot Geraardsbergen van 100 R met
croisen tot : 108 R
3) aan Pieter Roosens over peerdewerck en . . : 30 R 16 S
4) aan Anthoon Prieus over geleend geld : 32 R 13 S 1 O
5) aan de heere proost over een deel van een wijck thiende voor jaar 1786 : 25 R
6) schuld aan de vader van de overledene en dit over bedde , bulster , stroij ,
brandhout , graen en ontleende penningen tot 147,5 R waarop gecort 45 R 10 S 2 O
over de moederlijke weesepenningen en voorts nog 16 R over de pacht aan haar
vader van de goederen in de eerste kapittels dus samen : 85 R 19 S 2 O
7) over settingen van DW van jaar 1786 par reste : 5 R 6 S
8) aan de provincie over maelgelt en coegelt en slaghgelt : 4 R 19 S
9) de kosten van de SvG
Som van kommers : 340 R 5 S
22.01.1789 : J. Vander Mijnsbrugghen , J. Vander Stockt , A. Haegeman
VIII ) KOSTEN VAN DE STAAT VAN GOED
1) de baljuw , schepenen en greffier gratis " als consorten "
2) de voogdije met segel : 14 S
3) den segel tot desen staet : 6 R
4) de costumier Van Oudenhove : 20 R 8 S
5) devoiren officier : 15 S
Dus meer baten dan commeren : 13099 R 11 S 1 O
03.02.1789 : J. Vander Mijnsbrugghen , A. Haegheman , Peeter De Boeck
1) de E.H. staende op de hofstede in Grimminge in de
Clackvijver geprezen door Hendrik Andries meester timmerman en Frans Leebeke
meester metser en Jan Baptiste Benewens mr. stroijdecker en daar staende op de
goeden van de houder hier in ligghende waarde en 1/3de minder : 126 R 13 S 3 O
2) M.B. : 72 R 11 S 2 O
3) een gouden cruys , 2 gouden ringen , een boeck met silveren beslagh , een
silveren cruysken , 2 silveren ringen en 2 dico oorringen alles samen : 29 R 1 S
4) 20 R soo vele hij heeft betaelt aan Maria Catharina Janssens over coop van
gront gekocht van voor zijn huwelijk
5) tegoet van Augustinus Janssens over pacht : 15 R
6) contante penningen : 3 R 3 S
7) een pluymen bedde , huppelinck , spaensche saerge , een paer slapelaeckens ,
15 vrouwenhemdens , de mantel van het kind , 4 boeken : 63 R 4 S
8) een caffeemeulen ( koffiemolen ) , 11 pont gehekelt vlas , enz : 26 R 15 S
9) over de verkoop van cleederen aan diverse personen : 176 R 3 S
10) de recompensie voor de uitgrootinge omdat er dan een schuld is gebracht die
ten deele het sterfhuys moet volgen : 288 R 13 S
Som van baten : 920 R 11 S 1 O
III ) KOMMERS
1) over uitvaart : 28 R 16 S
2) over uitgrootinge jegens Michiel Janssens van part van de hofstede en meersch
: 21 R 2 S
3) over 2 jaar landpacht aan Armen Grimminge : 2 R
4) schuld aan Machiel Janssens over deel van huys en stede en meerch boven tgone
hier boven : 50 R
5) aan deselven over geleent geld : 36 R
6) kosten van de SvG met de costumier samen omtrent 16 R
Som kommers : 156 R 2 S 2 O
26.02.1789 : J.B. Vander Mijnsbrugghen , J. Vander Stockt , J. Courteaux
NAAR WEDERGRATE nr. 239 deel I